aan de kant zetten (v) (mensen) | fazer uma limpeza (v) (mensen) |
aan de kant zetten (v) (liefde) | separar-se (v) (liefde) |
aan de kant zetten (v) (liefde) | terminar com (v) (liefde) |
aan de kant zetten (v) (liefde) | abandonar (v) (liefde) |
aan de kant zetten (v) (mensen) | livrar-se de (v) (mensen) |